3 oktober 2015

Fikry El Azzouzi - Drarrie in de nacht

Leven aan de andere kant van de dag !

 
'Drarrie hebben duizend gezichten.'

De hangjongeren die Fikry El Azzouzi in zijn tweede roman, Drarrie in de nacht, opvoert zijn ‘eenzame wolven’. Hoofdpersoon Yatoub, Youb voor de vrienden, is door zijn vader op straat gezet omdat hij de huisregels overtrad. Zijn maatje Fouad is zo wanhopig op zoek naar een gevoel van eigenwaarde dat hij zijn lijf vol anabolen spuit. En dan is er Maurice, half Ivoriaan, half Vlaming. Hij woont bij een oude Marokkaanse junkie. Drarrie hebben niet noodzakelijk gekleurde wortels. De weg kwijt zijn, volstaat. Zo is er Karim, die op de wereld kwam als Kevin. Hij groeit op in een gebroken gezin en is overgeleverd aan een drankverslaafde moeder. ‘Karim integreert’. Van het hele clubje timmert hij het hardst aan de identiteit die hem het respect van zichzelf en anderen kan opleveren. Hij omarmt de Koran als was het een levensverzekering. ‘Drarrie hebben duizend gezichten’, kun je lezen. Plaats hen niet een vakje, verplicht hen niet om te kiezen, is de boodschap van de schrijver!

De volwassenen die op het pad van deze jongeren komen – de kroegbazin Zwarte Maria, de moraliserende joodse winkelier, de doortrapte duivelskunstenaar Jean-Pierre – gedragen zich neerbuigend of maken misbruik van hun kwetsbaarheid. ‘Niet honderd procent’, is de laconieke stopzin die verteller Youb bovenhaalt voor al zijn karakters. Dat zijn vrienden het moeten doen met een niet helemaal te vatten commedia del arte, is een vorm van wijsheid maar voor de drarrie zelf is die relativering een manier om zich staande te houden.

Stadsjeugd
© rene mensen_alias0591
De houding van de dolenden balanceert tussen flegmatiek en het korte lontje, tussen halal en vooral haram, tussen bluffen en wegzinken in wanhopige bitterheid (‘De goot weigert geen asielzoekers.’). Zacht of hard maar altijd schrijnend klinkt hun kreet ‘Hou van mij!’, zelfs als ze voor het uitstalraam van de betaalde liefde staan.

Fikry El Azzouzi heeft zijn verhaal letterlijk en figuurlijk in de nacht geplaatst, de verraderlijke schuilplek van de verworpenen. Aan de risico’s die de jongens bereid zijn te lopen, zie je hoe weinig ze te verliezen hebben. Vanop de eerste bladzijde wijst de spiraal naar beneden. Om het geheel verteerbaar te houden, komt theaterauteur El Azzouzi af en toe met een hilarische overdrijving. Dan verschijnt juwelier Harry met een jachtgeweer op de bühne of galmt Karims geloofsbelijdenis uit een megafoon. Ook zijn directheid en talent om meteen het punt te maken, passen bij het theatervak. Hij is de man van tegenvoetse associaties en denksprongetjes. En net wanneer het speels wordt en glimlachende kraaienpootjes rond je ogen verschijnen, haalt hij een steekwapen tevoorschijn. 
 
Omdat verteller en beschouwer elkaar in snel tempo afwisselen, blijft de lezer steeds bij de les! Eén van de lessen die je leert is dat je er niet altijd voor kunt kiezen om aan de zijlijn toe te kijken. Dat laatste probeert Youb. Hij is de observator met het onafscheidelijke notitieboek, de drarrie die niet van vechtpartijen houdt en ‘een grijze muis’ wordt genoemd. Tijdens het slotakkoord van deze roman krijgt Youb een coming-of-age-ervaring. Het zou nog mooier zijn mocht maatschappelijk engagement een bewuste keuze zijn. Wie drarrie-boeken schrijft geeft, wat dat betreft, een heel duidelijk signaal af!
 
Quotering: ****
 
Uitgegeven bij Vrijdag – 2014

Lees hier het interview met Fikry El Azzouzi

Geen opmerkingen:

Een reactie posten